Case Study - ECOM

training in an ECOM community (3).jpg
Case Study

Agriculturele sector, voedsel en water
Handelaren kunnen de wereld veranderen

Als chocolade verandering kan brengen

Met circa 190 miljoen inwoners is ongeveer de helft van de bevolking van West-Afrika woonachtig in Nigeria. Ongeveer 13,5% is werkloos en de helft van de bevolking leeft van een inkomen onder de armoedegrens. De agrarische sector biedt veel arbeidsplaatsen, waarbij cacao het belangrijkste product is waarvan de vraag al jaren groeit. Het beschikbare land voor de teelt van cacao is echter beperkt. De uitdaging is derhalve om de opbrengst te verbeteren en cacaoteelt een aantrekkelijke enduurzame inkomstenbron te maken voor boeren nu en in de toekomst.

Het verschil maken als manager van de keten

Vanwege hun plek in de productieketen van meerdere producten en van talrijke boeren, zijn handelshuizen in agrarische producten bij uitstek in de positie om hier een rol in te spelen. ECOM is zo’n handelshuis en manager van productieketens. Zij bouwen op bijna 170 jaar ervaring in maar liefst 40 landen wereldwijd. Zij zijn koplopers in hun sector als het aankomt op duurzaamheid. Hierbij hebben ze hoge standaarden doorgevoerd en ondersteunen ze de boeren om de uitdaging van het implementeren daarvan aan te gaan. ECOM weet uit ervaring en onderzoek dat de opbrengst signifcant kan verbeteren als de methode van teelt verbetert. Ook ondersteunen ze de rehabilitatie van plantages. ECOM combineert dit met praktische trainingen voor de boeren en met het creëren van toegang tot de juiste toevoegingen (bijv. kunstmest). Door deze praktijkgerichte ondersteuning zijn boeren in staat om hun bedrijven te veranderen in productieve en winstgevende inkomstenbronnen voor de lange termijn. 

ECOM helpt ook bij het implementeren van een traceersysteem dat de boeren beter inzicht geeft in wanneer en waar er ingegrepen moet worden op het land. Om de boeren te overtuigen dat het extra werk loont, heeft ECOM diverse demonstratielocaties opgezet en regelt toegang tot fnanciering, betere zaden en plantmateriaal. Het aloude adagium blijft geldig: zien is geloven. Daarnaast ondersteunt ECOM op verschillende wijze boerenorganisaties o.a. bij het trainen van het management in het belang van transparantie bij certifcering en de uiteindelijke toegevoegde waarde daarvan voor hun leden. Onderdeel van de trainingen zijn ook zeer ernstige onderwerpen als gedwongen arbeid en kinderarbeid. Dit ambitieuze programma van activiteiten is onderdeel van ECOM’s visie waarin partnerschap en een open dialoog centraal staan met alle partijen in de waardeketen.

De FMO-leningen

Hoewel ECOM een bekende organisatie is met een lange en degelijke historie, heeft ook ECOM moeite om geschikte lange termijn fnanciering te vinden voor hun activiteiten in ontwikkelingslanden en opkomende markten. Sinds 2012 heeft FMO diverse leningen aan ECOM verstrekt die gebruikt zijn om de waardeketen van cacao en koffe duurzaam te verbeteren. Zo konden de lokale boeren worden getraind en de waardeketen verduurzaamd (bijv. zonnepanelen op de lokale verwerkingslocatie in Nigeria die het verbruik van fossiele brandstoffen met 50% reduceren). FMO’s relatie met  ECOM is uitstekend en haar voortdurende inzet voor verduurzaming van de waardeketen maken leningen aan deze organisatie uiterst geschikt voor investeringen uit de fondsen waar FMO Investment Managment voor adviseert.  

In het kader

Grote levensmiddelenproducenten vereisen, dankzij consumentendruk, steeds vaker dat hun producten door onafhankelijke derden zoals Rainforest Alliance Certified of UTZ Certified worden gecertifceerd. Certifcering zorgt voor traceerbaarheid en duurzamere productie. Het biedt een gezamenlijke taal die de hele keten beschrijft.

Ketenmanagers en handelshuizen spelen daarbij een belangrijke rol: zij verbinden de boer met de consument. Ze kunnen hun positie benutten door de lat steeds hoger te leggen. Dat is echter niet eenvoudig. Zo wordt het merendeel van cacao geproduceerd door “kleine” boeren in Ivoorkust, Ghana, Nigeria en Kameroen. De productie wordt gekarakteriseerd door weinig investeringen en lage opbrengsten, wat resulteert in lage inkomsten, zelfs na verkoop voor een eerlijk prijs.
Om dit patroon te veranderen, is verregaande kennis nodig van lokale omstandigheden. De meest eenvoudige oplossing lijkt het opschalen van de productiefaciliteiten, maar zoals internationaal onderkend wordt, dat is niet per se de beste route voor duurzame verbetering. Duurzaam ontwikkelingsdoel 2 “Einde aan honger” adresseert dit door o.a. expliciet te stellen dat in 2030 het inkomen van kleine boeren moet zijn verdubbeld door gelijke toegang tot land, productievere hulpbronnen, kennis, fnanciële diensten en markten te creeëren.  

   Lees meer over de Duurzame Ontwikkelingsdoelen.